#Storytelling

Dit blog is gemaakt als antwoord op de vraag van ‘Kom maar op’.

Echte aandacht, waar vind je dat nog?

Net nadat ik de koffie van de medewerkster achter de bar heb aangepakt, tikt iemand me op de schouder. Ik draai me om, en naast me begint een collega-ondernemer meteen te praten.

“Ik geloof dat ik jou van Twitter ken! Mag ik je even complimenteren met je social media strategie?!” Ik kijk hem wat verbaasd aan, en zeg: “O ja, kennen we elkaar van Twitter? Sorry, maar ik herinner het me niet meteen. Hoe heet je?” Onhandig balancerend met mijn koffie steek ik mijn hand uit ter kennismaking.

Hij wuift nonchalant met zijn hand, en zegt zijn naam. Terwijl ik mijn hand weer terugtrek, zoek ik naarstig in mijn geheugen, maar zijn naam zegt me niets.

Ik reageer op zijn eerdere opmerking en zeg: “Dank je wel voor je compliment.” Hij zegt: “Weet je dat je ook op Klout kan kijken om te zien hoe effectief je bent op social media?”

“O ja? Eerlijk gezegd doe ik niet zoveel in de Cloud.”
Op dat moment voel ik dat zijn aandacht verslapt. Zelf ben ik in mijn hoofd nog aan het puzzelen hoe het toch kan dat zijn naam me niet bekend voorkomt. Dus vraag ik: “Wat doe je voor werk?”

“Ik opereer op het snijvlak van retail en social media.” Omdat ik hier niet meteen een beeld bij heb, vraag ik geïnteresseerd: “Wat houdt dit dan precies in?”

Uiteindelijk begrijp ik dat hij winkeliers adviseert over het gebruik van sociale media.

Van me wegkijkend vraagt hij: “En euh, wat doe jij?”
“Ik ben loopbaancoach.” Zijn antwoord komt meteen: “O ja, daar zijn er veel van.”

Meteen doet hij een stapje naar rechts, kijkt over zijn schouder naar een groepje ondernemers verderop en zegt: “O, ik zie daar iemand die ik zeker even wil spreken. Misschien spreek ik je straks nog.” En weg is hij.

Later op de dag kom ik erachter dat Klout iets anders is dan Cloud.

Hellup, inspiratie is echt overal!

De cliënte is uitgesproken en kijkt me vragend aan.
Terwijl ik haar aankijk, denk ik: o jee, en wat is nu de volgende vraag die ik kan stellen, zodat ik aansluit op wat ze net heeft gezegd?
Is dit nu het moment dat ik kan vragen, hoe ze daar last van heeft, of is vragen naar wat ze wil bereiken nu passender?

Mijn hersenen draaien op volle toeren. Zelf krijg ik het een beetje benauwd, want wat ga ik nou zeggen? Mijn mond voelt droog. Tenslotte zeg ik: “Eh sorry, ik weet niet zo goed wat ik nu moet zeggen. Ik zou willen kiezen voor: hoe heb je daar last van? Maar ik weet het niet zeker.

De cliënte, alias de trainster van de cursus, kijkt me vriendelijk aan, en vraagt aan mijn medecursisten: “Hebben jullie een idee? Welke vraag zou je nu kunnen stellen?”

Het blijft even stil, dan zegt iemand: “Ik zou vragen naar wat ze wil bereiken.”
De trainster knikt instemmend en legt uit waarom deze vraag beter zou aansluiten. En ik denk: dus toch!

Misschien klinkt het raar, maar dit lastige moment inspireerde mij ontzettend. Door deze oefensessie tijdens de training Progressiegericht Werken leerde ik niet alleen welke vragen ik kan stellen aan cliënten, maar ook veel over mezelf.

Zelfs tijdens een oefengesprek wil ik blijkbaar meteen de goede vragen kunnen stellen. Niet oefenen of experimenteren. Nee, het moet meteen goed zijn wat ik zeg. Aha! Dus fouten maken probeer ik te voorkomen.

Wat raar eigenlijk dat ik dat doe. Want ik vind toch juist dat je door fouten maken veel kan leren! Dat zei ik vroeger al tegen mijn leerlingen, en tegenwoordig tegen mijn cliënten. Maar zelf doe ik het dus niet!

Een mooi voorbeeld van hoe een lastige situatie ook inspiratie kan geven. Het zette mij aan het denken over hoe ik zelf omga met het maken van fouten.

En o ironie. In een training die er juist op gericht is om vooruitgang te leren boeken in gesprekken voeren, zet ik mezelf vast door te denken dat ik het al moet kunnen.

Toen een cliënte me onlangs vroeg of ik eens wilde bloggen over wat mij nou inspireert, moest ik meteen aan dit voorbeeld denken. Bij inspiratie denk je al snel aan mooie, positieve dingen, mensen, quotes of situaties.
Maar ook lastige zaken kunnen je op een idee brengen.

Naast deze training zijn er heel veel dingen die mij inspireren. In mijn werk maar zeker ook daar buiten.

Zo geniet ik enorm van het afscheuren van een blaadje van de kalender. Zoals je op de foto kan zien, heb ik er dit jaar drie. En nee, die heb ik niet zelf gekocht. Sinterklaas was de gulle gever.

Een rondje langs de drie kalenders hoort bij mijn ochtendritueel, naast thee zetten en ontbijten is dat het eerste wat ik doe. Het zet me aan het denken, brengt me aan het lachen en soms is het zo de moeite waard dat ik er een foto van maak en het via Twitter of Facebook deel. Zodat een ander kan meegenieten.

Ook het tijdschrift Flow is voor mij een grote inspiratiebron. Ik lees het al jaren, en sinds kort heb ik een abonnement. Het voelt als het krijgen van een cadeautje als dat in de brievenbus ligt. Het is met aandacht gemaakt, en dat merk je.

De mix van levensverhalen, achtergrondinformatie over allerlei onderwerpen en de creatieve extraatjes hebben mij al heel vaak op ideeën gebracht. Dan denk ik weleens stiekem: als ik nou ook eens zo’n tijdschrift zou maken, dan…

Als jij drie dingen zou mogen noemen die je inspiratie geven, wat zou je dan zeggen?

Omgaan met negatieve gevoelens

Onthouden van negatieve gevoelens

Opeens stond hij op en met een harde stem zei hij: “Nee, jij bent geen goede docent. Je helpt alleen de cursisten die goed leren. Dan ben je aardig, maar tegen mij doe je altijd boos. En je helpt mij ook niet.”

Meer dan tien jaar geleden zei een cursist dit tegen mij, nadat ik hem had gevraagd waar hij zo laat vandaan kwam die ochtend. Wij waren al een half uur bezig, toen hij het lokaal binnenkwam en op zijn gemak op zijn plaats ging zitten.

Ik weet nog precies hoe hij keek toen hij dat tegen mij zei. En hoe ik me voelde. Ik voelde me hulpeloos en stond hem totaal verbijsterd aan te kijken.

Zelfs na tien jaar weet ik nog dat het eerst muisstil was in de klas. Dat de andere cursisten naar me keken, en vervolgens de één na de ander begon te reageren. En ik daar alleen maar stond en zweeg.

Deze negatieve reactie van één cursist lijkt wel in mijn geheugen gegrift. Ik kan het zo weer voor me halen. Alsof ik een film afdraai in mijn hoofd.

Het gekke is dat ik in de meer dan vijftien jaar dat ik lesgaf ook heel veel complimenten en positieve reacties heb gekregen van tevreden cursisten, maar dat ik me die niet meer zo goed herinner als deze negatieve reactie.

Dit hoorde ik weer terug in het verhaal dat een collega-trainer/coach me onlangs vertelde.

“Als ik evaluaties van trainingen lees, blijven de kritische opmerkingen altijd het meest hangen.

“Zoals een jaar geleden, toen ik een evaluatie deed van een incompany traject. Ik kreeg de evaluatieformulieren van 30 personen terug, waarbij 99% heel enthousiast op had geschreven wat ze allemaal aan de training hadden gehad en hoe ze het geleerde nu benutten. Maar 1% was niet zo enthousiast. ‘De trainer moet nog veel didactische vaardigheden leren, en dat kan ik als ervaren docent weten!’, stond er.

“Een jaar na dato kan ik de kritische opmerking ook nog zo oplepelen, terwijl alle positieve reacties me zijn ontschoten.”

We weten wel dat we het ons niet moeten aantrekken wat een ander tegen ons zegt, en moeten loslaten, maar over het algemeen zijn we daar niet zo goed in.

Hoe komt het toch dat negatieve kritiek, feedback of situaties ons langer bijblijven dan positieve ervaringen?

Teresa Amabile en Steven Kramer hebben hier onderzoek naar gedaan en schreven er over in hun boek ‘The progress principle’.
Uit dit onderzoek is gebleken dat negatieve feedback of ervaringen op het werk een twee tot drie keer zo sterke impact hebben op onze werkbeleving als positieve. In de psychologie wordt dit ‘negativity bias’ genoemd. Het betekent dat we onbewust meer aandacht besteden aan negatieve ervaringen en informatie.

Het is dus logisch dat we die negatieve ervaringen zoveel aandacht geven, maar lastig is het wel.

Hoe kan je hier nu het beste mee omgaan?

Eigenlijk klinkt het antwoord zo simpel: door je bewust te focussen op het positieve.

Je kunt jezelf trainen door je op positieve ervaringen te richten.

Dit kan je doen door aan het einde van je (werk)dag de positieve momenten, opmerkingen of ervaringen even heel bewust weer terug te halen. Zo kunnen ook de positieve ervaringen zich vast zetten in je brein, waardoor je de impact van negatieve ervaringen verkleint.

Als je ze elke dag opschrijft, krijg je een mooi inzicht in al je positieve ervaringen en kan je er nog eens naar terugkijken.

O ja, en mocht je je afvragen hoe het verder ging tussen mijn cursist en mij. Dikke vrienden zijn we niet geworden, maar door een goed gesprek na zijn uitbarsting was er weer een basis om verder te gaan en heeft hij tot het einde van dat schooljaar de lessen in mijn klas gevolgd.

De illustratie is gemaakt door Agnes Swart.

Focus. Dat magische toverwoord

Dit blog is gemaakt als antwoord op de vraag van ‘Kom maar op’.
De andere bijdragen vind je hier.

Wachtend in de rij voor mijn kopje thee, vang ik flarden op van het gesprek tussen twee ondernemers voor mij. ‘Ja,’ zegt de vrouw met blonde krullen, ‘dus nu heb ik besloten dat ik deze klus nog afmaak, en dan…’. Ze draait zich iets van me af, waardoor ik de rest niet meer versta. De ander knikt instemmend en zegt: ‘Focus, dat is zo belangrijk.’

bijna eekhoorn

Het is februari 2012 en ik ben bij mijn eerste netwerkbijeenkomst als zelfstandig ondernemer. Alles wil ik weten over dit voor mij onbekende terrein, dus alles wat ik hoor, zie of lees over ondernemen, zuig ik op als een spons.

Focus hebben is dus belangrijk, hoorde ik. Ook daarna hoorde ik dit woord regelmatig voorbij komen. Ik gebruik het zelf ook weleens. Het lijkt een toverwoord. Als je dat hebt, komt alles goed.

Natuurlijk kende ik ook focus toen ik in loondienst werkte. Een docente zonder focus op de lesinhoud en doelen van dat jaar, geeft lastig les. Maar de kaders waar binnen ik deze lessen gaf, waren al bedacht. Daar hoefde ik niets mee. Als ondernemer moet alles uit mijzelf komen. Dus is het extra belangrijk dat ik weet waar ik naar toe wil.

Als beginnend ondernemer deed ik naast mijn werk een opleiding. Die zorgde toen automatisch voor mijn focus. Ik dacht er niet over na. De opleiding wilde ik binnen het jaar afronden en was daarmee de rode draad.

Mijn aandacht en tijd gingen naar mijn eerste cliënten en naar de opleiding. Ik dacht toen nooit: hoe houd ik mijn focus vast? En wat is nu de volgende stap? Het was er en het leek vanzelf te gaan.

Tijdens een ondernemersworkshop ontmoette ik een leuke vormgeefster. Ik wist meteen: haar vraag ik voor mijn visitekaartjes. En hup daar was weer een volgende stap. Het één volgde zo logisch uit het ander. Met het logo was de vormgeving voor mijn website ook duidelijk, en dat werd dus het volgende op mijn agenda. Ik genoot van alles wat ik deed.

Na het afronden van de opleiding leek mijn focus verdwenen. Ik had ineens veel meer tijd. Wat zou ik nu eens doen? Wat was nu de volgende stap?

Wat mij toen hielp, en nu nog steeds helpt als ik op zoek ben naar mijn focus, is ordenen en overzicht krijgen.

Ik schrijf op post-its wat ik al heb gedaan, of al heb bereikt. Zowel de grote als de kleine dingen. En die plak ik op een A4. Dat geeft mijn zelfvertrouwen een boost: wat heb ik al veel gedaan! Op een A4 ernaast plak ik post-its waar ik in kernwoorden op schrijf wat ik nog wil bereiken, of nog wil gaan doen.

Dan kies ik een post-it waar ik mee aan de slag wil. Ik bedenk hoe ik dit ga doen en wanneer. En dat ga ik dan doen. Na afloop mag ik het gekleurde briefje op de linker A4 plakken. Zo, gedaan!

Focus is geen magisch toverwoord. Het betekent niet zoals in een sprookje: ‘En toen had ze focus en ging alles goed.’ Soms is de focus verdwenen en moet je zoeken. Het is ook geen oplossing voor alle problemen. Het is je energie gericht besteden. Die energie en tijd kan je maar één keer uitgeven. Wat ik daarbij een geruststellende gedachte vind is dat je altijd weer opnieuw kunt focussen op iets anders.

Aanbeveling van Ingrid Hooijmans

Mijn traject bij Karin was een succes. Ze heeft me laten inzien wat ik nu al doe in mijn loopbaan, en dat ik eigenlijk heel blij mag zijn met het hier en nu. In het traject lag de nadruk op iets ‘zelf ontdekken’ en ‘zelf uitvogelen’. Karin zal je vragen niet voor je beantwoorden, maar ze geeft wel tools waardoor je stapsgewijs en soms spelenderwijs tot de kern van iets komt. Ze is zacht maar kordaat, altijd goed voorbereid en streng wanneer dat nodig is. Ze is geen juf. Ze zal je niet veroordelen of beoordelen, maar legt die taak bij jou. Dat is soms confronterend, maar naar mijn idee wel precies wat je nodig hebt in de zoektocht binnen een loopbaantraject.
Bedankt Karin!

Ingrid Hooijmans, 30 augustus 2014

Onverwachte schatten

Verwachtingsvol glijden mijn ogen over de boeken die op de tafel liggen. Mijn aandacht wordt getrokken door een blauwe voorkant. Hee, dat ken ik toch?! Terwijl ik de achterflap lees, bedenk ik me dat ik erover heb gelezen in het tijdschrift Flow. Ik blader door het boek en zie een combinatie van tekst en tekeningen. Wat leuk! Terwijl ik lees, hoor ik achter me iemand mompelen. “O, sorry meneer, natuurlijk mag u er door.”

De boekwinkel. Voor mij een plek waar ik de tijd vergeet, en avonturen beleef door het lezen van de achterflap of een stukje uit een boek. Waar ik ook naar toe ga in de wereld, de boekwinkel staat altijd op mijn lijstje. Ook als ik de taal waarin de boeken zijn geschreven niet kan lezen, zoals in Denemarken.

Ik ben niet alleen dol op boekwinkels, ook boekenmarkten of antiquariaten zijn favoriet. Juist de geur van oude boeken en het avontuur van wat ga ik hier vinden, trekken me dan aan.

Het kopen van een boek is niet het belangrijkste. Ik kan soms lange tijd in de boekwinkel zijn en toch zonder aankoop weer vertrekken. Het fijnste voor mij is het genieten van al die boeken. De wereld die je vindt, als je een boek opent. Dat je even kan proeven, maar niet meteen alles opeet.

Dat bewaar ik voor thuis. Als ik een boek gevonden heb. Het liefst zo’n onverwachte schat, een boek dat ik niet direct nodig heb, en daarom nog niet heb gekocht, maar dat ik ineens tegenkom op een rondje door een boekwinkel.

Zo ben ik nog steeds heel blij met mijn drie schatten die ik onlangs vond bij ’t Ramsjgat in Dordrecht.

Drie boeken

‘Een dagboek vol geluk’, samengesteld door Leo Bormans.

Afgelopen zomer las ik ‘Geluk. The world book of Happiness’, dat ook is samengesteld door Leo Bormans. Hierin vertellen 100 wetenschappers uit de hele wereld over hun inzichten over geluk. Een inspirerend boek vol met suggesties waarmee je meteen aan de slag kan. Een tip die ik eruit heb gehaald is dat je je eigen tevredenheid kan vergroten door elke dag drie positieve dingen uit je dag te beschrijven. Dit dagboekje is daar heel handig voor. Met als extra: zinnen en vragen waar je over na kan denken, en mooie foto’s.

‘Wie ben ik? En wat wil ik? Dertigers en veertigers op zoek naar authenticiteit, zin en geluk’, door Nienke Wijnants

Nienke Wijnants schreef eerder ‘Het Dertigersdilemma’, over de vele keuzemogelijkheden van dertigers en de vragen die dit bij ze oproept. Met tips en adviezen.
Het verraste de auteur dat de vele reacties die ze kreeg n.a.v. het boek vaak over zingeving en authenticiteit gingen. Dit was voor haar de reden om dit nieuwe boek te schrijven. Ze geeft hierin niet het antwoord op de vraag wat de zin van het leven is, want die is er niet. Wel plaatst ze het in een filosofisch perspectief. En bespreekt alles wat ermee te maken kan hebben. Ze daagt de lezer uit om zelf op zoek te gaan naar antwoorden.

‘Groots en meeslepend leven. Een ode aan dagelijkse sleur’, door Lou Niestadt

Het boek is uitgekomen in 2012, dus wie weet is het bij jou allang bekend. Voor mij was het de eerste kennismaking met de auteur. Het boek is een artjournal. Teksten en tekeningen van Lou staan naast en door elkaar op de pagina’s. Het leest en kijkt als een trein. Aan de hand van lijstjes geeft ze tips om met creativiteit en een andere blik naar je dagelijkse leven te kijken, zodat je uit alles wat je iedere dag omringt of mee bezig bent meer weet te halen. Een leuke tip voor op het werk is de positieve post-it revolutie. Schrijf iets grappigs, een compliment of iets geks op een post-it en plak dit op de computer van je collega. Of op een plaats waar meer collega’s het kunnen lezen. En kijk wat er gebeurt.
Aan het einde van het boek vind je een boekenkast vol boeken. Een onverwachte schat!

En jij? Heb jij ook plekken waar je graag naar toe gaat om inspiratie op te doen?

Mijn advies? Mijn idee!

Dit blog is gemaakt als antwoord op de vraag van ‘Kom maar op’.
De andere bijdragen vind je hier.

De vraag van deze keer is: ‘Wat is hét advies dat ik iemand zou geven die er verlangend naar uitkijkt om het loonslaaf zijn vaarwel te zeggen?’

Hét advies bestaat volgens mij niet. Ook al vind je zelf dat het een prima advies is, dan hoeft een ander dat niet te vinden. En dat is ook prima. Iedereen moet de kans krijgen om zijn eigen keuzes te maken, of succes en tegenslag te ondervinden. Daar leer je toch het meest van.

Paaltje met richtingaanwijzers

Daarom noem ik het geen advies, maar mijn idee.
Als je ernaar verlangt om voor jezelf te beginnen, is het naar mijn idee heel belangrijk om eerst te onderzoeken waarom je dit zo graag wilt.

Welke reden heb je dat je niet meer voor een baas wilt werken? Vind je dat alle dagen op elkaar lijken? Of zit er geen uitdaging meer in je werk? Heb je het idee dat je een nummer bent in de organisatie waar je werkt? Of heb je wellicht regelmatig conflicten met collega’s of je leidinggevende? Is de werkdruk te hoog geworden?

Als één van de bovenstaande situaties de reden is waarom je voor jezelf zou willen beginnen, dan moet je er volgens mij niet aan beginnen. Want hoe lastig dit nu ook voor je is, al deze situaties zijn te veranderen. Bijvoorbeeld door een goed gesprek met je leidinggevende.

Wellicht kom je tot de conclusie dat je een andere invulling aan je werk wil geven, of bij een andere organisatie zou willen werken, maar het hoeft nog geen reden te zijn om als zzp’er aan de slag te gaan.

Speelt dit alles bij jou helemaal niet? Dan staan alle seinen op groen om te onderzoeken of werken voor jezelf iets voor jou is. Ja, je leest het goed: niet meteen in het diepe springen en je eigen baas worden!

Neem de tijd om te onderzoeken hoe het is om als zzp’er te werken. Ga op zoek naar iemand die het vak uitoefent dat jij ook zou willen doen. Vraag hem of haar het hemd van het lijf, én vraag of je een dagje mee mag lopen. Zo krijg je in ieder geval een beeld van hoe een zelfstandige werkt, en kan je voor jezelf checken of het iets voor je is.

Is je verlangen dan nog steeds even groot?
Loop dan die duikplank af, en spring in het diepe.
Alleen door het te doen, kan je ervaren of het echt iets voor je is!

Boek: Je nieuwe werkleven

Ondertitel: Van oude gewoontes naar het nieuwe werken
Auteur: Saskia Langenberg

je nieuwe werkleven

Als je bij deze titel denkt: “Dat is niets voor mij, want ik doe niets met het nieuwe werken”, dan raad ik je aan om verder te lezen. Want volgens mij is dit boek van Saskia Langenberg voor iedereen die werkt interessant. Ook als je (nu) nog niets te maken hebt met het nieuwe werken. Er zijn zoveel nieuwe ontwikkelingen op het gebied van werk waar te nemen dat het fijn is om hiervan op de hoogte te zijn, en jezelf erop voor te bereiden. En dat kan heel goed met dit boek.

Zes stappen

Saskia heeft het zelf niet over het nieuwe werken, maar over “je nieuwe werkleven”. Kenmerkend hiervoor is anders kijken en anders doen. Als je anders kijkt, kan je ook anders doen. In het boek geeft ze 6 stappen die je naar het nieuwe werkleven leiden.

Stap 1. Anders kijken naar jezelf

Om je werkleven optimaal in te kunnen richten moet je jezelf kennen. Aan de hand van informatie en oefeningen, bijvoorbeeld een quickscan om te achterhalen welk type je bent, kom je meer over jezelf te weten. Deze stap wordt het meest uitgebreid behandeld. Logisch, want in je nieuwe werkleven gaat het om jou.

Stap 2. Anders kijken naar je doelen

Je leert in dit deel hoe je doelen kan bepalen, en welke werkdoelen je hebt.

Stap 3. Anders kijken naar tijd en plaats

Omdat we tegenwoordig altijd bereikbaar zijn, hebben mensen het idee dat ze altijd aan het werk zijn. De schrijfster laat zien dat dit niet zo hoeft te zijn, als je zelf je tijdsgrenzen helder hebt. Ook leer je hoe je activiteitsgericht kan werken, i.p.v. eerst de plek te kiezen waar je gaat werken.

Stap 4. Regisseer je nieuwe werkleven

In deze stap laat Saskia je zien hoe je jouw nieuwe werkleven in de praktijk kan brengen. Welke werktijden zijn voor jou handig? Hoe komt jouw ideale werkweek eruit te zien? Met handige overzichten.

Stap 5. Leg de verbinding

Hoe blijf je op een effectieve manier in contact met anderen? Daarmee bedoelt de auteur niet alleen je collega’s of je leidinggevende, maar zeker ook het thuisfront.
Inclusief handige tips.

Stap 6. Experimenteer, durf en zet door

Experimenteren betekent niet één keer iets doen en het vervolgens afschrijven wanneer het niet werkt, zo stelt de schrijfster in dit laatste deel. Haar advies is: “Zet door, en vier wat er goed gaat.”

Jij bepaalt

Wat ik zelf zo goed vind aan dit boek is dat het om jou draait. En dus niet om je werkgever of de organisatie waarbij je werkt. Saskia geeft goede informatie en veel tips over hoe je je nieuwe werkleven vorm kan geven. Maar jij blijft degene die bepaalt hoe je dit in de praktijk wil brengen, en welke eerste stap je gaat zetten. En dat, zoals ze zelf ook aan het eind aangeeft: “vooral op een manier die plezier oplevert.”

Het boek is uitgekomen op 12 juni 2014. Het heeft 159 pagina’s en je krijgt er een gratis e-book bij. Het is te koop bij bol of managementboek.

Uitstellen is verleidelijk. Hoe kom je weer op gang?

Plan

Ken je dat? Je hebt verschillende opdrachten op je planning staan, maar je begint er maar niet aan. Ik was daar twee weken terug heel goed in: uitstellen. Het plan was een vakboek te lezen om er een stukje over te schrijven in mijn nieuwsbrief. Maar het kwam er maar niet van..

Rommelen

Maandagmorgen had ik mijn planning gemaakt, mail beantwoord, en dus stond niets me meer in de weg om eraan te beginnen. Toch deed ik het niet. Ik bleef eerst een beetje hangen op Twitter, daarna moest ik beslist iets opzoeken op LinkedIn, en toen hoorde ik dat de wasmachine klaar was. Kortom: ik deed van alles, maar niet lezen.

Uiteindelijk heb ik die hele dag het boek niet geopend. Ik rommelde maar wat aan en dacht aan al die mensen die nu lekker op vakantie van het zonnetje konden genieten. De zon scheen ook heel verleidelijk die dag.

Ontevreden

Het vervelende was wel dat ik ’s avonds, toen ik zelf ook vrij was en dus kon genieten van mijn vrije zomeravond, ik dat niet deed. Ik was ontevreden over mezelf en vroeg me af waarom ik niet gewoon in het boek begonnen was. Op een goed moment dacht ik zelfs: “Zal ik nu nog even…”

Wat nu?

De volgende ochtend besloot ik het anders aan te pakken. Zo’n rommel-maar-aan-dag had me geen voldoening gegeven, terwijl ik mijn werk juist zo leuk vind.

“Wat doe ik op andere dagen dat het me wel lukt om aan de slag te gaan?”, vroeg ik me af. Gewoon beginnen werkt voor mij het beste. Of met mezelf afspreken dat ik vijf minuten aan iets werk. In theorie kan ik na vijf minuten even pauze nemen, maar dat is vaak niet nodig. Dan zit ik er al zo in dat ik ermee verder ga.

Focus op vooruitgang

Ineens moest ik denken aan het experiment dat Gwenda Schlundt Bodien beschrijft in haar boek ‘Progressie door zelfcoaching’.

Het werkt als volgt: Kies een doel dat belangrijk voor je is, en besteed daar een half uur per dag aan. Doe dit een week lang. Heb je na 30 minuten nog tijd over, dan kan je langer doorgaan. Neem aan het einde van iedere dag een paar minuten de tijd om op een rij te zetten wat dat halfuur je heeft gebracht. Schrijf dit ook op. Bijvoorbeeld in je agenda, dan kan je het de volgende dag weer terug lezen. De volgende vragen kunnen je daarbij helpen:

  • Wat heb je al bereikt met dit halfuur?
  • En hoe wil je morgen verder gaan?

En?

Uiteindelijk was voor mij het eerste halfuur het meest lastig. Ik keek wel vier keer op de klok of het half uur al voorbij was. Op die momenten was ik mijn focus dus kwijt. Later in de week had ik hier geen last meer van. Integendeel: ik had het gevoel dat de tijd voorbij vloog. Bij mij hielp het enorm dat ik las in een rustige omgeving waar ik niet werd gestoord, dus niet in de buurt van mijn computer (!) en ook met iets dat ik leuk vind: het drinken van koffie.

Voldoening

Mijn boek heb ik uitgelezen, dus mijn doel is bereikt. Maar voor mij was het die week het belangrijkste dat ik iedere dag voldoening voelde over wat ik had gedaan. Ook al werkte ik dagelijks slechts een half uur aan mijn opdracht, ik had het gevoel dat ik er verder mee kwam, genoot van het lezen én mijn koffie. En ’s avonds genoot ik volop van de heerlijke zomeravonden.

Aanbeveling van MV

MV wil liever niet met de volledige naam op de site. Natuurlijk respecteer ik dat. — Karin

Het is inmiddels drie weken sinds de afsluitende afspraak met Karin, een goed moment om eens te kijken naar wat het mij heeft opgeleverd.

Ik kwam bij Karin, omdat ik geen plezier meer had in mijn huidige baan. Een organisatie waar ik al vrijwel heel mijn werkend bestaan doorbreng in een functie die steeds verder afstaat van waar ik plezier in heb en wat ik ambieer. ‘Ik wil dit werk nooit meer doen’, zei ik in het kennismakingsgesprek.

Het is plezierig dat Karin werkt met een kennismakingsgesprek, zo krijg je een indruk van de manier waarop zij werkt, maar kunnen beide kanten bepalen of het klikt en er een goede basis is om samen aan de slag te gaan. Ik had ook een kennismakingsgesprek met een andere coach, en na een aantal luie vrije dagen, koos ik voor Karin. Het werken met een coach kende ik vanuit mijn werkomgeving, maar ik werkte nooit eerder met een onafhankelijk iemand.

De gesprekken met Karin vormen zich rond de opdrachten die je maakt voorafgaand aan de gesprekken. Opvallende zaken worden besproken, of de rode draad, en er is ruimte voor eigen inbreng of vragen. De afwisseling van opdrachten waaraan je werkt tussen de afspraken door, veelal schrijfopdrachten, en de gesprekken, sprak mij erg aan. Bovendien motiveert het traject om ook in gesprek te gaan met vrienden of familie, en zo blijft de vraag continu actueel.

Tijdens de gesprekken leer je wat je waarden zijn, waar je goed in bent, welke dingen je belangrijk vindt voor nu en in de toekomst. Dat alles levert een compleet beeld op, en ik verbaasde me er dan ook over dat het zo snel duidelijk werd voor mij. Dat ik dit werk nooit meer wilde doen, bleek niet waar, wel werd me duidelijk waar het dan nu wringt. Tijdens de fietstocht naar Karin voor het laatste gesprek viel alles op zijn plaats, ik wist wat ik wilde gaan doen, hoe ik het zou gaan aanpakken. En dat gaf me een goed gevoel en een boel motivatie en enthousiasme.

Op dit moment werk ik aan de punten die ik in het plan van aanpak, een van de opdrachten, heb geformuleerd. Ik mis de gesprekken met Karin soms, het is immers een motivatie om ermee bezig te blijven, maar het hele traject heeft me dusdanig enthousiast gemaakt, dat ik er nu actief aan werk.